Er zijn overal mensen met verlieservaringen. Op het werk, op school, privé, in onze familie of onze vriendengroep. Ieder verlies raakt aan onze eigenwaarde, ons zelfbeeld, onze normen en waarden. Verlies hoort bij ons leven, maar we willen niet dat het erbij hoort. We stoppen verlies het liefste weg. We doen onze zware koffer dicht en hangen er een groot slot aan. Wat we niet zien of waar we niet aan denken, dat is er niet. Denken we. Willen we. We realiseren ons echter niet dat het verlies op de meest onverwachte momenten weer op de deur klopt. Als een niet thuis te brengen (lichamelijke) klacht bijvoorbeeld.
Verlies toont zich op vele vlakken. Uiteraard als je iemand of iets verliest door de dood. Maar ook verlies van werk, van je relatie of verlies door een ziekte of ongeval waarbij je ervaart dat je lichaam het anders ‘doet’ dan voorheen. Of zelfs dingen niet meer kan. Lichamelijk en geestelijk doet dat pijn. Je kunt ook bezittingen verliezen, zoals een huis of dierbare voorwerpen. En wat te denken van een thuisgezin dat er niet meer voor je is, het afscheid van je jeugd, ongewenste kinderloosheid, gemiste kansen, verkeerde keuzes of onbereikbaar gebleken dromen. Je ervaart dat een geliefd onderdeel van je leven ten einde is. En soms is verlies heel diffuus. Het is er wel, maar je kunt er niet de vinger op leggen. Zoals de volwassene die zijn gevoelens niet kan uiten omdat deze er in zijn kindertijd niet mochten zijn.
Ik geloof
Dat ik geen groter geschenk
Kan ontvangen
Dan door de ander
Te worden gezien
Te worden gehoord
Te worden begrepen
En aangeraakt
Het grootste geschenk
Dat ik kan geven, is
De ander te zien
Te horen, te begrijpen
Aan te raken
Wanneer dat gebeurt
Voel ik
Dat er contact is gelegd
(Virgina Satir)
Liefde en rouw horen bij elkaar: tips die je zelf kunt toepassen